Nederland heeft Rusland boos gekregen. Een reeks incidenten bewijst dat. Moskou toont hier een oude karaktertrek. De getergde Russische beer wil zich laten gelden als een wereldmacht en het Westen van zich afhouden.
Het schuurt bij de Russen. Dat bleek dit jaar bij een bezoek aan Volgograd, het vroegere Stalingrad en beroemd om de gelijknamige slag tijdens de Tweede Wereldoorlog. De Russen krijgen amper westerse erkenning voor hun rol tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Zeventig jaar geleden kleurde in Stalingrad de grond rood van het bloed. De stad trilde van de rollende oorlogstanks, het geratel van mitrailleurs en de dreunende
bommentapijten. Er stond nog amper wat overeind. Kogelgaten in fabrieken en huizen zijn tegenwoordig monumenten.
De Russen wonnen hier een slag die een van de keerpunten van de oorlog was. Hun tanks rolden naar Berlijn en verlichtten het werk van de Amerikanen, Britten en Canadezen. De Sovjet-Unie leed als geen ander tijdens de Grote Vaderlandse Oorlog: een land in puin en miljoenen doden. Maar geen enkel dankwoord, bloemetje of saluutschot is bestemd voor de Russen als wij, het Westen, onze bevrijding vieren. Verlost van de Duitse tirannie bedanken wij de Amerikaanse, Canadese en Britse legers. En dat zit de Russen dwars.
De Russische frustraties zijn begrijpelijk. Twee jonge mannen, midden twintig, verweten in een café in Volgograd het Westen – de Amerikanen voorop – maar één doel te hebben: het beschadigen van Rusland. Het Westen heeft een vijand nodig om de eigen problemen te verdoezelen, luidde de uitleg van deze twee hoger opgeleide jongeren. Een paar dagen eerder vertelde een vrouw in Volgograd over politici die de waarheid verdraaien om er zelf voordeel uit te halen.
Maar hadden de twee mannen en de vrouw het ook niet over hun eigen land? Russische politici hebben tegenwoordig belang bij de creatie van een vijandbeeld. Ook hun komt de waarheid niet altijd uit, blijkt uit de reeks incidenten tussen Nederland en Rusland van de afgelopen weken.
Rusland en het Westen kennen pieken en dalen in hun relatie. Na het einde van het communistische experiment in 1991 zou Moskou het bejubelde westerse pad volgen. Rusland omarmde de toverwoorden democratie en kapitalisme. Maar dit nieuwe experiment mislukte. De jaren negentig staan in Rusland synoniem voor chaos, instabiliteit en crises. Pensioenen werden niet uitbetaald, de roebel kelderde en een handjevol oligarchen ging er met het geld vandoor.
De teleurstelling droop ervan af. Het Westen kreeg een besmette naam en was eropuit Rusland te vernederen. Door de val van de Sovjet-Unie was het Russische rijk gekleineerd en had het aanzien verloren. De Russen voelden en voelen zich als een wees, zonder identiteit, zonder ideologie die richting gaf. Wie zijn zij nu de communistische Sovjet-Unie tot het verleden behoort?
In deze situatie van onzekerheid, frustratie en vernedering stond Vladimir Poetin op. Zijn taak: Rusland de glorie van een wereldmacht teruggeven. Gas, olie en een overdosis aan patriottisme zijn de oplapmiddelen. Door de handel in grondstoffen groeide de economie. Dankzij de olieroebels kunnen de Russen op vakantie naar Griekse en Turkse resorts, krijgen ouderen hun pensioen en komen fabrieksarbeiders niet op straat te staan. Met zijn energiepolitiek speelt Moskou als een schaker bekwaam verdeel en heers. Rusland herwon zijn vertrouwen.
In zijn vaderlandsliefde grijpt Poetin de geschiedenis aan om te bewijzen dat het Westen Rusland er nooit onder heeft gekregen. Vurig verwijst hij naar Russische overwinningen op Napoleon en nazi-Duitsland. Het is een boodschap gericht aan zijn achterban. Die woont niet in steden als Moskou en Sint-Petersburg, waar de intellectuelen discussiëren in de parken, cafés en via de media. Poetins mensen leven in fabriekssteden als Kamensk-Oeralski en Lipetsk en ook in Volgograd.
Wie tegen de Russische schenen trapt, kan –pats!– een schop terug verwachten. Nooit meer de vernedering van de jaren negentig. Kom niet aan onze diplomaten, onze olievoorraden en aan onze soevereiniteit, zoals het Greenpeaceschip Arctic Sunrise vorige maand deed in de ogen van de Russen door een actie tegen een Russisch olieplatform.
Bemoeienis van buitenaf – daar heeft Rusland een bloedhekel aan. De opmars van de NAVO en de Europese Unie in de richting van de Russische grens voelt als
een omsingeling. Het Nederlandse vingertje wekt irritatie. Wie zijn jullie om ons wat te vertellen?
Uitgerekend in het Nederland-Ruslandjaar, een idee van de Russen zelf, krijgt Den Haag te maken met de Russische eigenschap van uitdelen. Zie de arrestatie van de Nederlandse activisten van Greenpeace en de vooropgezette mishandeling van de Nederlandse diplomaat Onno Elderenbosch in Moskou.
Nederland staat bij deze Russische behandeling niet alleen. De Britten moesten vijf jaar geleden culturele vestigingen in Rusland sluiten na een diplomatiek steekspel tussen Londen en Moskou. En de Russische NTV, een televisiezender van de agressieve soort, stond de Amerikaanse ambassadeur in Rusland een tijd
lang hinderlijk op te wachten. Ze wisten precies waar en wanneer hij afspraken had. Moskou boycot ook voormalige Sovjetlanden in de Russische achtertuin die flirten met de Europese Unie. Geen Oekraïense chocolade, Georgische wijn en Litouwse melk in de prodoekty, de minisupermarkt. Voor deze landen heeft de Europese Unie economisch echter meer te bieden dan Rusland.
Rusland speelt het spel hard. Het is oog om oog, tand om tand. Poetin ging er vol in en eiste Nederlandse excuses na de arrestatie van Ruslands tweede man in Nederland, Dmitri Borodin. Geen enkele nuance of een zweem van gematigdheid. Andere politici gebruikten ook scherpe woorden. Niet alleen als signaal tegenover de buitenwereld, maar ook voor de eigen bühne. Dit alles creëert een klimaat, gepaard met straffeloosheid, waarin een vrijbrief ontstaat om het recht in eigen handen te nemen: 1–1, klonk het in Rusland na de mishandeling van Elderenbosch als antwoord op de zaak-Borodin. De Russische aanpak kan ook averechts werken. De agressie schrikt de vroegere Sovjetlanden af om de Moskouse lijn te volgen.
Poetin kiest voor polarisatie sinds hij vorig jaar terugkeerde als president: wij tegen zij. Hij ziet zich voor het eerst geconfronteerd met onvrede onder de bevolking. Russen, jongeren en de middenklasse, gaan in de bittere kou de straat op en eisen eerlijke verkiezingen, een einde aan de allesoverheersende corruptie en vragen zelfs om Poetins vertrek. De Russische president richt zich op andere mensen. Op de Sovjetmensen van het platteland en de fabrieken, opgevoed met het Westen als vijand, en trouwe volgers van de Russische leiders. In zijn ogen vertegenwoordigen deze mensen het traditionele Rusland met zijn conservatieve normen en waarden. Hij vindt in de Russisch-Orthodoxe Kerk een
trouwe partner.
De anderen zijn demonstranten. Die krijgen steun van het Westen, dat eropuit is het ware Rusland te vernietigen. Poetin laat niet na te hameren op dit vijandbeeld. Homoseksualiteit, volgens de Russen een westerse verdorvenheid, vormt een bedreiging voor de traditionele waarden die uitgaan van het gezinsleven. Daarom moet homoseksualiteit worden ingedamd. Het wapperen met de regenboogvlag of het zoenen van een homostel wordt bestraft om de kinderen te beschermen. Deze antihomopropagandawet ontvangt luid applaus onder de Russen.
Brede steun krijgt de arrestatie van de Greenpeace-activisten. Het zijn indringers. Rusland mag dan de aanklacht van piraterij hebben afgezwakt naar vandalisme, het Kremlin geeft een duidelijke boodschap af: bemoei je niet met ons, anders… Actiegroepen zullen zich niet zomaar opnieuw in een Russisch avontuur storten.
De creatie van een vijand dringt door in de berichtgeving van de staatsmedia, trouw gevolgd door Poetins publiek. Dat diplomaat Borodin te veel zou hebben
gedronken, zijn kinderen zou mishandelen en dat zijn vrouw auto’s had geramd, wordt hooguit in een enkele zin benoemd. De nadruk ligt op zijn arrestatie. Voor de kijker moet het beeld ontstaan Rusland wordt aangevallen. De volledige waarheid komt daarbij niet van pas. Precies zoals de vrouw in Volgograd zei.
Dat de politieagenten achter de arrestatie van Borodin in Den Haag niet worden gestraft, irriteert Moskou. Zij overtraden immers internationale afspraken. Het zint het Kremlin niet als premier Rutte het opneemt voor de Nederlandse politie, en als minister Timmermans van Buitenlandse Zaken op zijn Facebookpagina
verwijst naar het lied „Non, je ne regrette rien” („Nee, ik heb nergens spijt van”) van de Franse chansonnière Edith Piaf. Hamert het Westen er zelf niet constant op dat criminelen en moordenaars van journalisten in Rusland vrij rondlopen?
Op de puinhopen van Stalingrad herrees een nieuw stadscentrum. Breed opgezette Stalinarchitectuur met decoratieve gebouwen markeren de straten. Op de resten van de Sovjet-Unie bouwt Rusland verder. Gekrenkt en vernederd als in de jaren negentig, dat overkomt de Russen niet nog een keer. Het land heeft tijd nodig om zijn weg te vinden, zowel nationaal als internationaal. Rusland zoekt naar een identiteit. Daarbij gaat het hard te keer. Dat hoort bij de groeistuipen. Met Rusland is het daarom niet altijd fijn theedrinken. Daar moet Nederland het mee doen.
Dit artikel stond op 26 oktober in het Reformatorisch Dagblad.